Samenvatting zitting donderdag 29 april
Lees hier de samenvatting van de assisenzitting van donderdag 29 april.
"Als ge ermee wilt wippen, dan wipt ge maar"
De allerlaatste getuige (deze keer echt) is Kurt G., een kennis van Laudet uit de gevangenis. Zijn ondervraging begint met een vermaning van de voorzitter. "Waar was u?"
G.: "Op mijn werk."
Voorzitter: "Maar u moest hier zijn. Soit, u bent hier nu."
G. had Laudet leren kennen in de gevangenis in 2010 en omschreef hem als iemand met een kort lontje. Hij trainde veel fysiek en was voor de rest op zichzelf.
"Op 23 april 2018 stond Ashley plots aan mijn deur. Ze was alleen de eerste keer, maar kwam later terug met haar vriend en een derde persoon. Ze kwamen om drugs te gaan kopen en haalden mij daarvoor op. Achterin de auto zat de derde vrouw. Die werd mij voorgesteld als een vriendin van haar."
Daarna is het gezelschap op pad gegaan om gezellig drugs te gaan aankopen. "Toen we waren aangekomen bleef ik achter bij Christine in de auto zitten. Toen heeft Laudet nog gezegd: "Pas op dat ze niet gaat lopen." Ook werd er door iemand gezegd: "Als ge ermee wilt wippen, dan wipt ge maar."
Laudet: “Dat is nooit gezegd geweest, meneer de voorzitter. Met respect, ook naar de familie van Christine toe, ik heb zoiets nooit gezegd. Waarom zou ik dat doen?”
Van De Velde: “Zulke ordinaire uitspraken zijn niet uit mijn mond gekomen.”
G. eindigde met de stelling dat hij Christine nog gezegd zou hebben dat er een politiebureau in de buurt was. "Ik hield zelfs de deur voor haar open en zei dat ze kon weglopen als ze wilde. Maar ze bleef verstijfd zitten."
Daarmee is de vierde dag van het assisenproces afgerond. Morgen gaat men opnieuw om 9 uur van start.
Verkeerd genoteerd
Dennis S. heeft een teken van leven gegeven. Zijn verklaring was echter ietwat verwarrend. Zijn dokter zou met verlof zijn, en zijn secretaresse zou zijn corona-attest doormailen. Maar het e-mailadres was verkeerd genoteerd en werd nu opnieuw doorgegeven. "Wordt vervolgd." aldus de voorzitter.
Thuis in quarantaine, maar toch niet thuis
Klaarblijkelijk kan de 31ste getuige, Kurt G., toch vandaag nog gehoord worden. Die had zich vanmiddag niet aangemeld bij de gerechtsdeurwaarder, maar zou nu onderweg zijn.
Verder zou Dennis S., uitbater van Garage Fritz, nog altijd niet gevonden zijn. Hij zou besmet zijn geweest met corona en dus thuis in quarantaine zitten. Vreemd genoeg kan hij daar niet aangetroffen worden, want men heeft al geprobeerd om hem te bereiken. De verdediging zou hem graag als getuige laten optreden en dringt bij het OM aan om hem te blijven zoeken.
"Ze zag altijd het goede in de mens"
Volgens het onderzoek van Cristel had Christine een goede band met haar moeder, die overleed aan kanker toen Christine 15 was. Met haar vader schoot ze ook goed op, ondanks hun botsende karakters. Beide ouders heeft ze verzorgd toen ze ziek werden. Ze had een tijdje minder contact met haar zus Ilse, maar dat verbeterde later. Vooral met de dochters van Ilse onderhield ze een goede vriendschapsband.
"Ze groeide op in Hoboken in een gelukkig gezin. Een relatie had ze op het moment van haar dood niet, maar stond wel open voor een verbintenis. De juiste heeft ze echter nooit gevonden. Ze was een goede studente, deed muziekschool, kookte graag en hield van reizen en musicals. Ook met dieren was ze erg begaan. Ze was lid van een hondenvriendenforum en van de hondenschool, maakte deel uit van een werkgroep anti-broodfok en had een eigen vzw Pootje voor pootje met haar toenmalige partner."
Begin de twintig werd Christine blijkbaar slachtoffer van verkrachting binnen haar toenmalige relatie. Ook kreeg ze slaag van dezelfde partner met wie ze haar vzw had. Die vzw werd ontbonden toen die relatie stopte.
"Christine rookte dagelijks sigaretten en was volgens haar zus een beetje koopverslaafd. Ze nam ook anti-depressiva en medicatie tegen de stress. Voor de rest stond ze bekend als een behulpzaam, zorgzaam en meelevend iemand. Ze was een levensgenieter, open van karakter en intelligent. Soms was ze wel wat te braaf, wat sommigen deed concluderen dat ze naïef kon zijn. Ze was een gevoelsmens en kon soms wat onhandig zijn. Ze zag altijd het goede in de mens en wilde altijd voor iedereen goed doen."
Moraliteitsonderzoek
De laatste getuige van donderdag belichaamt meteen de volgende stap in het assisenproces. Cristel D. van politie Neteland, heeft het moraliteitsonderzoek van Christine Lenaerts uitgevoerd en zal dat vanmiddag nog uit de doeken doen.
"Ze reageerden alsof ze betrapt werden toen ze ons zagen"
De voorlaatste getuige van vandaag is Reinhilde K. (63). Zij is verpleegkundige van beroep, maar belangrijker is dat haar zoon de buurman van Christine Lenaerts was.
"Ik kwam op een gegeven moment met mijn zoon aan zijn woning en toen zag ik dat er twee mensen aankwamen bij mevrouw Lenaerts thuis en afgezet werden. De auto stond aan onze zijde van de straat. Die mensen stapten uit en gedroegen zich wat verdacht. We dachten dat het inbrekers waren, omdat ze reageerde alsof ze betrapt werden toen ze ons zagen."
Het tweetal bleek wel degelijk Van De Velde en Laudet te zijn. "Zij liep richting het huis van mevrouw Lenaerts en sprak met haar op tamelijk luide toon. Niettemin was ik gerustgesteld, want ze leken elkaar te kennen. Ik kon niet horen wat er gezegd werd."
Laudet bevestigt dat hij daar samen met Ashley afgezet werd.
Laatste getuigen nog niet aangekomen
Omdat de laatste twee getuigen zich nog niet gemeld hebben bij de gerechtsdeurwaarder, wordt de zitting opnieuw kort geschorst.
"Doe haar niet dood, hè.
De voorzitter nuanceerde het poëtische verhaal van mevrouw V. D. ietwat. "Het klopt toch dat u alles wat u over meneer Laudet weet, weet op basis van wat hij u zelf verteld heeft?"
V.D.: "Ja, dat klopt. Ik heb nooit inzage gehad in een dossier of de feiten waarvoor hij veroordeeld is geweest. Ik heb ook nooit gesproken met zijn ouders of familie."
Meester Luyckx vroeg haar: "Toen u de ochtend voor het huwelijk van Marc en Ashley kwam om met hem te praten, heeft u toen blessures gezien op haar gezicht? Want zij claimt in elkaar geslagen te zijn."
V.D.: "Dat heb ik niet gezien."
Van De Velde: "Mijn gezicht is pas op een later moment verbouwd. En mevrouw V.D., ik heb gehoord dat u twee keer tegen Marco hebt gezegd: "Doe haar niet dood, hè."
Meester Boon sprak V.D. nog kort toe namens zijn cliënt Laudet: "Ik wil u namens meneer Laudet danken dat u hier zit. Hij heeft u altijd vergeleken met zijn eigen grootmoeder. Wij mochten u eigenlijk van hem niet oproepen, omdat je een dame van uw leeftijd niet meer met dit soort dingen moet lastigvallen. Herkent u hem in zo'n uitspraak?"
V.D.: "Ja, zeker."
"Wat betekent liefde als je jezelf nooit geliefd hebt gevoeld?"
Een opmerkelijke getuige deze middag is Maria V.D. (80). Zij werkt al geruime tijd als vrijwilligster in de gevangenis waar Laudet verbleef. Met Marco had zij veel intense gesprekken met hem gehad, wat ook tot haar job behoorde. Maria had een getuigenis voorbereid.
"De avond dat ik het nieuws van de moord vernam via de media herinner ik me heel goed. Ik was er kapot van. Ik vond het afgrijselijk en weerzinwekkend. Ik dacht aan de familie van het slachtoffer, maar ook aan 'Marco'. Ik wast toen heel kwaad op hem. Het leven dat ik voor hem gehoopt had, stortte als een kaartenhuisje in elkaar."
Ze ging verder. "Wanneer ik Marco in de gevangenis ontmoette ervoer ik dat er vertrouwen was. Het werden intense ontmoetingen en we konden rustige, diepzinnige gesprekken voeren. Soms was ik verrast van zijn tere en fijngevoelige kant. Voor mij was hij niet de man zonder schuldbesef."
"Het kind in Marco is van jongs af aan vermoord. Hij werd niet enkel uitgesloten, maar hij mocht niet meer bestaan. Het werd hem verboden om kind te zijn." Laudet wordt zichtbaar emotioneel als hij dit hoort.
"De enige positieve menselijke contacten had Marco als kind met zijn grootouders, die hij zelden zag. Van hen hield hij begrip over van wat goed zijn betekende. Hij hunkerde naar een vrij menselijk leven met een gezin. Maar hoe kun je voor iemand zorgen als je zelf alleen maar verwaarloosd bent geweest? Wat betekent liefde als je jezelf nooit geliefd hebt gevoeld. Ik zou willen dat hij vooral de kans krijgt om de meelevende Marco in hem opnieuw te leren kennen, zoals hij die leerde kennen bij zijn grootouders."
"Ik vermoedde wel dat ze terug naar de gevangenis moest"
Na de pauze start de zitting om 14 uur met het verhoor van getuige Sven D.C. Hij is een kennis van Ashley Van De Velde en kent haar al bijzonder lang.
"Op een gegeven ogenblik stond Ashley om 3 uur 's nachts bij mij thuis voor de deur. Ze wilde overnachten. Dat was erg onverwacht en nog nooit eerder gebeurd. Ik lag uiteraard al in bed. Waarom ze aanbelde, weet ik niet meer. Ik vermoed dat ze ruzie had met haar vriend. Die vriend kende ik trouwens niet."
Voorzitter: "Wist u dat ze voortvluchtig was uit de gevangenis en eigenlijk terug moest?"
D.C.: "Ja, ik vermoed dat dat de bedoeling was."
Ashley wilde blijkbaar ook een paar keer met Svens gsm bellen naar Laudet. "Dat liet ik echter niet toe. Die avond had ze duidelijk ruzie met hem. Over Christine heeft ze nooit tegen mij gesproken."
"Ashley is niet slecht van inborst"
De laatste getuige voor de middagpauze is Rocco G. Hij was lange tijd de vaste dealer van Van De Velde en verkocht haar regelmatig drugs. Hij maakt een wat ongemakkelijke indruk op de getuigenstoel en wriemelt wat onrustig stoel. Bovendien is hij moeilijk verstaanbaar.
"Ashley is op een gegeven moment bij mij gekomen om drugs te kopen. Het slachtoffer zat toen bij haar in de auto."
Rocco verklaarde destijds tegen de politie dat zij niet zo stabiel was en tot veel in staat door haar drugsgebruik. Ze overviel ook dealers als dat haar uitkwam en had een nogal dominante persoonlijkheid. "Ik heb echter nooit schrik van haar gehad. Ik zou niet weten waarom. Ze is niet slecht van inborst. Een relatie hadden we nooit gehad."
Rocco kende Christine ook als de verpleegster uit de gevangenis. "Hebt u Christine toen herkend?" Rocco: "Nee, niet onmiddellijk. Ik weet ook niet meer dat Ashley toen zei dat ze in gezelschap was van een vrouw van wie ze alles gedaan kreeg."
De voorzitter bemerkt op een gegeven moment Rocco's houding en vraagt hem: "U hebt er plezier in, he?" Rocco antwoord niet echt. "Bent u Ashley gaan bezoeken in de gevangenis?" Rocco: "Nee, dat niet."
Daarmee gaat het hof in middagpauze. Wel verzoekt de voorzitter de advocaten om nog even in de zaal te blijven voor een korte bespreking. Om 14 uur gaat de zitting verder.
"Ik heb Marc nooit ontmoet"
De voorlaatste getuige van de voormiddag is Erik V.R., een bekende van Ashley Van De Velde. Hij mocht kort zijn verhaal doen, maar was vaak moeilijk verstaanbaar door zijn aanwezige Kempische accent. "Ik kende Ashley en was lang bevriend met haar vader. Op een gegeven moment heeft ze bij mij aangebeld en is ze blijven overnachten. Toen hebben we ook seks gehad. Dat was in het verleden nog wel eens gebeurd. We hadden nooit echt een relatie."
V.R. geeft aan dat Hij Laudet nooit gezien heeft. "Het kan wel zijn dat hij degene was die mij belde om te vragen of Ashley bij mij was. Zelf heb ik hem nooit ontmoet. Wat mij wel opviel is dat Ashley bang van hem was. Dat was niets voor haar. Ashley heeft bij mij geen drugs gebruikt. Dat mocht ook niet van mij, want ik heb zelf nooit gebruikt."
Van De Velde geeft aan dat ze dat wel had gedaan, wat tot een teleurgestelde blik van Erik leidde.
"Ze vertelde me dat ze wel eens iemand had neergestoken
Dan is het aan Roger L. Ashley Van De Velde had op een gegeven moment bij hem aangebeld. "Ik had haar nog nooit gezien, maar ze vertelde me wel dat ze ooit eens iemand had gestoken met een mes. Ik heb haar dan maar iets aangeboden. Ze vroeg om alcohol, maar dat had ik niet in huis. Dan zijn we samen naar de Aldi gereden voor een fles whiskey en wat cola."
De voorzitter kwam even tussenbeide: "U bent wel een ongelooflijke sociaal persoon. Er komt iemand aan uw deur die u vertelt dat ze ooit iemand neer heeft gestoken en u rijdt ermee naar de Aldi voor een fles whiskey."
L. vertelde ook dat Ashley hem haar verwondingen op haar bil had laten zien. "Blijkbaar had ze die van haar vriend gekregen. Die vriend kwam later aan de deur en vroeg mij dan nog of ik haar naar huis kon brengen. Ik antwoordde dat mijn auto niet op water rijdt. Diezelfde dag heb ik op de koop toe nog een boete van 50 euro gehad."
Van De Velde bevestigde zijn verhaal. "Hij liet me toen inderdaad binnen. Ik was totaal van slag en kletsnat. Ik kende hem niet, maar hij was supervriendelijk en we zijn aan den babbel geraakt."
"Het slachtoffer leek me het vijfde wiel aan de wagen"
Roger L. komt nu de zaal binnen. Hij was als klant aanwezig in de cafetaria van de sporthal toen het drietal daar ook was. "Ik was daar samen met mijn vrouw. Iedere dinsdag dronken we daar een paar pintjes. Op een gegeven moment stond ik buiten te roken en zag ik 3 personen aan de rokerstafel zitten. Het slachtoffer sprak mij plots aan en vroeg of er een hotel in de buurt was. Ik heb geantwoord dat er een in Grobbendonk was en een in Oevel. Ik dacht dat het toeristen waren die naar Bobbejaanland of zo waren geweest."
"Later heeft ze ook gevraagd of er een restaurant in de buurt was. Verder heeft ze niks aan mij gevraagd. Het slachtoffer leek me wel het vijfde wiel aan de wagen. Ze hoorde er precies niet bij. Ik heb niet gemerkt dat ze verwondingen had."
Weer onenigheid op beklaagdenbank
Nadat Jacques J. zijn getuigenis beëindigd heeft, vraagt meester Luyckx aan Laudet of hij bij zijn verklaring blijft dat Van De Velde op een gegeven moment gezegd heeft dat ze van Christine af moesten. "Ja, daar blijf ik bij. Op een gegeven moment heeft Ashley inderdaad gezegd dat Christine weg moest. Daaruit heb ik toen geconcludeerd dat ze haar om het leven wilde brengen. Ik snapte dat niet, maar heb daarna de verkeerde beslissing genomen."
Hij benadrukte ook nog dat Christine op het moment dat ze besloten dat de auto verkocht moest worden voor het eerst in tranen uitbarstte en de sfeer weg was.
Van De Velde krijgt ook het woord: "Ik heb helemaal niet gezegd dat we van Christine af moesten. Dat is door Marco gezegd toen we bij dat bankje zaten (het bankje waar ze post vatten toen ze weg waren gevlucht voor de politie bij Garage Fritz, red.)."
"Het slachtoffer leek geen slachtoffer"
"Op een gegeven moment zat die ene vrouw (Christine, red.) helemaal alleen. De anderen waren even beneden. Toen heb ik haar aangesproken om te vragen of alles in orde was. Zij antwoordde dat ik niet tegen haar hoefde te spreken omdat ze ontvoerd was. Ik verschoot uiteraard en vroeg of ik de politie moest bellen. Ze zei bijna lachend dat dat niet hoefde."
"Achteraf begon mijn verstand wel te werken. Ik wist het niet meer. Was ze nu wel of niet ontvoerd? Toen besloot ik de politie te bellen."
Fysiek bemerkte Jacques niets aan Christine. "Ze had geen verwondingen die ik kon zien. De sfeer leek goed te zitten tussen de drie mensen. Ik vond dat het slachtoffer geen slachtoffer leek. Ze gingen te familiair met elkaar om. Het leken gewoon drie vrienden die op het terras iets kwamen drinken."
"De jongere vrouw was wel euforisch blij. Zij riep op een gegeven moment: "Dit is de mooiste dag van mijn leven."
Uitbater cafetaria sporthal in Olen
Na een intermezzo van een kwartiertje, wordt de zitting hernomen. Het getuigenlijstje wordt vlot afgewerkt. De volgende op de lijst is Jacques J., de uitbater van de cafetaria van de sporthal in Olen. Hij belde de politie nadat Christine hem had toegefluisterd dat ze ontvoerd was.
Laudet: "Deze getuige liegt."
Ben D., een cipier in de gevangenis van Turnhout, kwam ook kort langs om een incident met Marc Laudet te schetsen. "Toen hij in het arresthuis werd binnengebracht, vroeg hij aan mijn collega om extra medicatie. Toen hij die niet kreeg, stond hij dreigend op en zei hij tegen de verpleegster: "Ik ga voor een tweede moord." Hij keek naar ons, maar wees naar de verpleegster. Dat kwam zeer dreigend over, zeker niet zwanzend. Zelden schrijf ik een tuchtrapport voor de directie, maar toen was dat wel nodig. Nadien werd Laudet wel aangenamer."
Laudet was het niet eens met die beschuldiging: "Ik ben een beetje verontwaardigd. Deze man was niet eens aanwezig toen dat zogezegd gebeurde. En trouwens, zodra er een bedreiging geuit wordt, kunnen ze op de alarmknop duwen. Dat is niet gebeurd.”
Voorzitter: "Dus meneer D. liegt?"
Laudet: "Ja, het is niet de waarheid."
Voorzitter: "Waarom zegt hij het dan?"
Laudet: “Dat weet ik niet. Er bestond wel onenigheid over het feit dat ik terug naar de gevangenis van Turnhout moest. Er zou onder meer een tekort aan ambtenaren zijn.”
Ben D. was het natuurlijk niet eens met die statement: “Ik was absoluut aanwezig. De verpleegkundige die Laudet moest helpen zag het niet zitten om dat alleen te doen, want zij was nog niet zo lang bezig. Daarom begeleidde ik haar. We waren wel degelijk met twee."
"Christine sliep met honkbalknuppel naast haar bed"
Bettina M., een andere collega van Christine, is de volgende op het lijstje van getuigen. "Ik kende Christine als heel sociaal tegen iedereen. Je kon bij haar voor alles terecht, medische problemen of iets anders. Ze was heel bereikbaar."
Eind januari 2018 zat Bettina met een polsfractuur thuis. Ze hoorde via via dat er iets met Christine was. "Op den duur vertelde ze me zelf wat er aan de hand was. Ashley verbleef bij haar en kwam vaak dronken binnen. Ze zou slaag krijgen van haar vriend. Christine vertelde me ook dat Laudet haar wel 40 keer had gebeld om haar te bedreigen en dat ze nu met een honkbalknuppel naast haar bed sliep omdat ze zo bang was."
"Ik stelde haar voor om naar de politie te gaan, maar ze durfde niet," gaat Bettina verder. "Toen ze ik: "Als je echt zo bang bent, kom dan bij mij logeren. We zetten je gsm uit en je auto aan de kant en dan gaan we samen naar de politie." Maar dat wilde ze ook niet."
"Zullen we u anders een koord geven?"
Op een gegeven moment vraagt Van De Velde het woord. "Zou u Dominique willen vragen waarom ik die grap heb uitgehaald?" Voorzitter: "Neen, dat doe ik niet. U mag dat zelf uitleggen."
Van De Velde: "De cipiers lachten met de zelfmoorddreigingen van mijn celgenoot. Die schoof op den duur zelfs briefjes naar de beambten toe om hen te waarschuwen. Daarop gaven ze een briefje terug waarop stond "Moeten we anders een koord geven?". Toen heb ik die grap uitgehaald. Dat was misschien misplaatst, maar het is ook misplaatst om gevangenen zo te behandelen."
Advocaat Eric Boon, die ondertussen terug in de zaal zit, merkte op dat Dominique D.P. ietwat ongemakkelijk reageert op die stelling. "Ik heb nooit gezegd dat ik iemand een koord zou geven. Ik zit zelf in het preventieteam en zoiets doe je absoluut niet. Dat is absurd."
Manipulatief en berekend
Advocaat-generaal Backx vroeg of Dominique haar verklaring van drie jaar geleden wil bevestigen. "Ik heb toen inderdaad gezegd dat Ashley een kort lontje en opvliegend karakter had. Ze moest altijd de bovenhand hebben en had een grote mond. Ze was manipulatief. Als ze iets van de ene niet kreeg, probeerde ze het bij een andere. Ashley was absoluut een berekende persoonlijkheid. Je zou kunnen zeggen dat ze heel aanwezig is."
"Gefakete zelfmoord zegt iets over karakter van Ashley"
Dominique beschrijft ook hoe de omgang met gedetineerden normaal verloopt. "Het verloopt iets anders dan mensen misschien denken. Je zit tenslotte iedere dag samen met de gevangenen. Je leert elkaar kennen en er ontstaat een soort van band. Er wordt al eens een mopje verteld. Het is goed dat die dynamiek er is, maar het houdt wel risico's in. Tijdens de opleiding wordt daar ook wel voor gewaarschuwd, maar 'Tine' maakte gevaarlijke fouten zonder dat ze dat zelf doorhad."
Dominique was ook aanwezig toen Van De Velde zichzelf zogezegd wilde verhangen. "Ashley had een laken om haar nek gebonden en hing effectief ergens aan op. Toen we de deur opendeden, omdat we echt dachten dat ze zich van het leven wilde beroven, begon ze meteen te lachen. Dat zegt iets over het karakter van Van De Velde. Ik begrijp zelf niet hoe je uit zoiets plezier kunt halen, want zulke dingen gebeuren helaas ook echt."
Niet genoeg info over gedetineerden
De volgende getuige is Dominique D.P. Zij is cipier in de gevangenis in de Begijnenstraat. "Christine en ik hadden een goed contact en stuurden geregeld berichtjes naar elkaar, ook buiten de gevangenis. Ik kende 'Tine' als een warme, zeer behulpzame vrouw die altijd klaarstond voor iedereen. Ze droeg ook zorg voor haar behoevende vader en was heel actief met haar honden."
Ook Dominique verduidelijkt dat de beambten in de gevangenis niet altijd weten waarvoor de gevangenen veroordeeld zijn. "We worden daarover niet stelselmatig gebrieft en eigenlijk krijgen we te weinig kennis van mogelijke veiligheidsrisico's."
"Ik was bang dat ze mijn kot zou afbreken"
"Het was op dat moment bij de verpleegsters niet geweten dat Ashley al meermaals veroordeeld was voor zware geweldsdelicten. Christine wilde enkel maar goed doen. Ze deed haar werk graag en had compassie met de gedetineerden. We wisten echter niet dat ze zo'n goede band had met Ashley."
Christine zou nog een mail hebben gestuurd naar Ann waarin ze schreef dat ze niet wilde dat men de politie zou bellen voor Ashley. "Ik ben bang dat ze dan mijn kot zou afbreken," aldus Christine in haar mail. "Ik hoop dat niemand ooit zoveel angst moet hebben als ik nu heb."
Te laat gereageerd
Ann gaat verder over hoe ze erachter kwamen dat Christine onderdak verleende aan Ashley Van De Velde. "Op 17 april moest Christine om 10 uur in Brussel zijn voor een werkgroep. Om 9.45 uur belt ze mij op dat ze ziek is en niet kan gaan. Ze had de mensen in Brussel niet verwittigd, dus dat deed ik voor haar."
"Die dinsdag komt er dan een collega naar mij," aldus Ann. "Ze vertelde me: "Ik mag het u eigenlijk niet vertellen, maar er zit een gedetineerde bij Christine thuis." Ik was helemaal in shock. Het bleek te gaan om Ashley. De collega vertelde me dat een directeur en beambte al op de hoogte waren. Daarop vroeg ik me af waarom ik als diensthoofd er nog niets van wist."
Op dit punt krijgt Ann het eventjes moeilijk en stokken haar woorden in haar keel. "Toen ik de directeur vroeg wat er met Christine was, leek die verbaasd dat ik op de hoogte was. Ik vroeg of ze de politie verwittigd hadden, wat ik daarna nog meerdere keren heb gedaan. Het antwoord was altijd: "We zijn ermee bezig." Als ze eerder hadden gebeld, was het ergste misschien voorkomen."
Ongeoorloofde medicatie
"Zijn er soms dingen gebeurd met Christine die deontologisch niet helemaal in orde waren?" De voorzitter wikt duidelijk zijn woorden wanneer hij Ann die vraag stelt. "Moet ik daarop antwoorden?" antwoordt zij. Voorzitter: "U bent wel een getuige onder ede en we zijn hier tenslotte om een zo duidelijk mogelijk beeld van de situatie te krijgen."
"We merkten wel dat er soms ongeoorloofd medicatie werd verstrekt aan gevangenen," gaat Ann verder. "Er waren nooit harde bewijzen voor, maar het gebeurde wel altijd als Christine dienst had. Een tuchtsanctie heeft ze nooit gehad, behalve die laatste keer toen ze geschorst werd."
"Kwamen deze zaken ook wel eens ter sprake tijdens jullie jaarlijkse functioneringsgesprekken?" vraagt de voorzitter Ann. “Niet echt, nee. Soms zat ze er mentaal wel wat door, maar ze deed haar werk verder goed.”
"Christine had soms medelijden. Dat maakte haar wat naïef."
Christine en Ann zijn gelijktijdig beginnen werken in de gevangenis in de Begijnenstraat in 2003. Ann was de hoofdverpleegster en ze kenden elkaar redelijk goed. "Christine was een goed verpleegkundige, werkte graag in de gevangenis. Ze wist goed wast ze moet doen, maar had soms medelijden met de gedetineerden. Op dat vlak was ze wat naïef."
De voorzitter vraagt Ann of er tijdens de opleiding van de verplegers in de gevangenis aandacht wordt besteed aan hoe men om moet gaan met gevangenen. "Als ze bijvoorbeeld een terugkerend verslavingsprobleem hebben of potentieel gevaarlijk zijn, moet je toch weten hoe je moet handelen. En weten jullie eigenlijk waarvoor de verschillende gedetineerden zitten?"
Ann antwoordde: "Misschien wordt daar inderdaad te weinig aandacht aan besteed. Je moet ook je gedrag als team afstemmen. Als de ene altijd maar toegeeft aan verzoeken en de anderen niet, zijn de anderen altijd de slechten en pikken de gevangenen die ene er altijd uit."
"Vroeger hadden de gedetineerden trouwens altijd een papierslip bij waarop stond waarom ze binnenzaten," gaat Ann verder. "Nu is dat niet meer. Hun daden staan wel in het computersysteem, maar ik raad altijd de verpleegsters aan om niet te kijken. Uiteindelijk moeten ze iedereen kunnen en willen behandelen, ongeacht waar zij voor veroordeeld zijn."
2 advocaten in plaats van 4
Het hof is binnengekomen en heeft de zitting hernomen. Over wat er besproken is met de advocaten heeft niemand iets gezegd. Wat opvalt is dat er momenteel slechts 2 advocaten in de zaal zijn. Eric Boon, die Laudet bijstaat, en Bert Vanmechelen, die Van De Velde verdedigt, ontbreken.
Een collega van Christine Lenaerts, Ann V., is zojuist als eerste getuige de zaal binnengekomen en heeft net de eed afgelegd.
Jury binnen, advocaten nog niet
De jury is ondertussen, bijna een uur na het oorspronkelijke tijdstip van aanvang, de zaal binnengekomen. Alle advocaten worden echter andermaal tot bij de voorzitter geroepen, dus het is nog even wachten.
Meeting
De aanvang van de zitting wordt blijkbaar opgehouden door een bespreking tussen de voorzitter en de advocaten. Wat daar precies besproken wordt, is vooralsnog onduidelijk.
Jurylid in de file
Half 10 en nog steeds geen jury te bekennen. Naar alle waarschijnlijkheid zit minstens één van de juryleden vast in de file, mogelijk door het slechte weer. Het assisenproces tegen Laudet en Van De Velde, dat toch al minstens tot volgende week dinsdag zou duren, wordt op die manier nog wat langer uitgesteld.